Gaat u schaatsen op open water (sloten, vaarten, vennen, plassen etc.), dan adviseert de KNSB de volgende voorzorgsmaatregelen:
- Ga nooit alleen op pad.
- Neem altijd een Natuurijs Veiligheidsset mee bestaande uit een priem en een stuk touw. Hiermee kan uit het ijs geklommen worden bij het door het ijs zakken.
- Informeer naar de plaatselijke ijsomstandigheden.
- Kijk uit voor windwakken, vooral bij laagstaande zon.
- Kijk uit bij bruggen, vogels, riet, waterplanten en overhangende takken van bomen. Daar is het ijs in de meeste gevallen onveilig.
- Schaats nooit in het donker.
- Opletten als de kleur van het ijs verandert.
- Pas op bij afvoerplaatsen van industrie.
- Waar waterwegen op elkaar uitkomen is het ijs vaak doorstroming minder dik.
- Ook vaargeulen houden risico’s in.
- Als er sneeuw is gevallen en het ijs is niet geveegd, is het levensgevaarlijk om te gaan schaatsen.
- Pas op bij kistwerken (opgekruid en daarna vastgevroren ijs).
- Wees extra waakzaam bij mist.
- Neem een voldoende uitgeruste EHBO set mee.
- Na onder het ijs geschoten te zijn zwem dan naar de donkere plek toe, hier bent u door het ijs gegaan. Bij besneeuwd ijs dient de schaatser juist naar het lichte gedeelte te zwemmen.
- Controleer de ijsdikte. IJs dunner dan 8 cm is gevaarlijk.
- Draag hoofdbescherming; een fietshelm of een smartcap voorkomen ernstig hersenletsel bij een val op het hoofd.
- Zorg bij felle koud voor extra bescherming.
- Zorg voor goed passende schaatsen.
- Eet en drink op tijd.